Eindelijk was het dan vrijdagmorgen 6 uur. Met een heerlijk gevoel stap ik in de auto, het derde Deception Tour weekend stond op het punt te beginnen. Als ik iets na achten de Ferry-terminal binnenstap, ben ik de eerste vogelaar. Ik blijf niet lang alleen, want al snel komt Rommert Cazemier aanlopen, op de voet gevolgd door ‘broer’ Kees de Vries. Nog meer vogelaars lopen binnen en even later staan we met zo'n 25 man op de boot te wachten. De vooruitzichten zijn redelijk, eerst weinig wind, maar later in het weekend zal de wind naar het zuiden draaien en toenemen. De stemming zit er direct al goed in, we zien wel hoe het gaat lopen, we gaan gewoon drie hele dagen fanatiek zeldzaamheden zoeken.
Als we nog ongeveer een uur te varen hebben, krijgt Rommert telefoon: Jeroen de Bruijn. Samen met Nils van Duivendijk, Dick Groenendijk en Henk van Rijswijk is hij donderdagavond al naar Vlieland gegaan. Aan de uitdrukkingen op Rommerts gezicht zie ik dat er iets aan de hand is, blijkbaar zit er een goede soort op het eiland! Even later deelt Rommert mee dat er een Dikbekfuut in de jachthaven zit. Vol ongeloof reageren we. Dit kan toch niet waar zijn? Zo'n soort en dat op zo'n plek!! Ze hebben de vogel een paar keer gezien en zijn 'm al bijna een half uur kwijt. Het laatse stuk varen naar Vlieland gaat voor mijn gevoel tergend langzaam. Vlak voor we aanleggen varen we eerst nog langs de jachthaven. Zo kunnen we zien dat er een tiental vogelaars strategisch aan de kant bij de jachthaven zitten.
Binnen vijf minuten hebben alle 25 vogelaars een fiets gehuurd en nog vijf minuten later staan we bij de andere vogelaars bij de jachthaven. We vragen hoe de vogel ontdekt is. Het blijkt dat ze een vogel in de haven zagen zwemmen waar ze in eerste instantie van dachten dat het een Roodhalsfuut was. De vogel bleek echter veel kleiner en al snel kwam het idee dat het wel eens een Dikbekfuut zou kunnen zijn. Helaas liet de vogel zich kort zien, zodra de vogel boven water kwam, dook hij direct weer onder. Het lukte ze de vogel een paar keer redelijk te bekijken en daarna raakten ze de vogel kwijt. Er waren bij de ontdekkers wel twijfels over de determinatie, de snavelkleur en -vorm leek niet helemaal te passen op Dikbekfuut. Terwijl we zaten te wachten tot de vogel zich weer zou laten zien, werden alle mogelijkheden uitgebreid besproken. De snavel leek niet zo goed voor Dikbek maar zou een onvolwassen vogel niet een dunnere snavel kunnen hebben? Een hybride Dikbek x Dodaars werd nog geopperd, maar zou de vogel dan niet veel meer intermediaire kenmerken moeten vertonen?
Na meer dan twee uur wachten wordt de vogel eindelijk weer gezien. Hij blijft de hele tijd in het donker onder de steiger en het lijkt erop alsof de vogel daar blijft. Een enkele keer zwemt de vogel onder de steiger vandaan, maar dan duikt de vogel direct onder water en verdwijnt weer onder de steiger. Wat ik in de korte momenten dat de vogel tevoorschijn is kan zien, lijkt te kloppen voor een Dikbekfuut, hoewel bij sommigen de twijfel wel blijft bestaan. Deze twijfel blijft het hele weekend, maar de overheersende mening is dat het toch echt een Dikbekfuut is die we gezien hebben. Dit komt mede doordat veel gidsen afbeeldingen tonen van juveniele vogels met dunnere snavel, ofschoon er in de ANWB gids een jonge Dikbekfuut met dikke snavel afgebeeld staat.
Als zondagavond foto´s op deze site verschijnen, wordt angst bewaarheid als blijkt dat het hier toch waarschijnlijk niet om een zuivere Dikbekfuut gaat. Wat in het veld moeilijk te zien is, kan aan de hand van de foto’s erg goed bekeken worden. De snavelvorm klopt toch niet en aan de snavelbasis is een lichte vlek te zien. Of deze vogel een hybride is of een zeer afwijkende Dodaars is op het moment van dit schrijven nog niet duidelijk. Wordt zeker vervolgd!