In verhouding met de grote zeldzaamhedenpotentie in de Kop van Noord-Holland, zijn daar voor mijn gevoel relatief weinig vogelaars actief. De zogenaamde ‘gully’s’ van de Hondsbossche Zeewering daargelaten, een overzichtelijke plek met veel vogelaars en waar dan ook veel zeldzaamheden zijn ontdekt afgelopen jaren. Omdat de rest van de kuststrook ten noorden van Petten onderbevogeld voelt, kom ik er dan ook graag. Het helpt dat mijn ouders een adresje hebben in Groote Keeten. Jaarrond wordt dat verhuurd, maar af en toe is er ruimte om er met de familie gebruik van te maken. Het is een prettige uitvalsbasis om te vogelen, zo vlak langs de kust. Het weekend van 31 augustus en 1 september bleef een lange tijd ongeboekt, waardoor we kort van te voren besloten om er een klein familieweekendje van te maken.
Dankzij het hogedrukgebied met bijbehorende strakke oostenwind, was er op zowel zaterdag als zondag veel dagtrek zichtbaar. Daarnaast waren de bosjes niet leeg. Op de Oude Vuilnisbelt, de plek van de Langstaartklauwier in 2011, zaten een aantal Paapjes en leuke aantallen Zwartkoppen. Op zondag was dat in het Zwanenwater niet anders, maar de show werd gestolen door een langsvliegende Roodpootvalk, twee Morinelplevieren en twee Reuzensterns. Zondag 1 september bleek een uitzonderlijk goede dag voor Roodpootvalken. Mogelijk hebben er tientallen gevlogen langs de Hollandse kust.
Roodpootvalk Falco vespertinus, Petten, 1 september 2024 (Hugo Wieleman)
Morinelplevier Eudromias morinellus, Callantsoog, 1 september 2024 (Hugo Wieleman)
Mijn idee was om in de eerste uurtjes van maandag 2 september hiervan de restjes op te schrapen bij het uitkijkplatform van het Botgat, net ten noorden van Groote Keeten in de (hier erg smalle) duinenrij. De voorspelde zuidoostenwind bleek echter wat slapper uit te pakken, waardoor er weinig trek goed zichtbaar was. Desondanks waren twee strak doorvliegende Visarenden en een rondhangende Roodpootvalk zeker de moeite waard. Onderaan het platform in het verder vrijwel kale duin (her en der wat lage vegetatie) staan enkele forse wilgen, waarin twee Bonte Vliegenvangers zaten. Dit deed mij besluiten om het platform te verlaten en de bosjes rondom Groote Keeten te checken voor meer zangvogels. De kilometers kale duinen ten noorden van het dorp maken dat Groote Keeten de eerste ‘serieuze’ bosjes herbergen waar vogels zich een langere tijd zouden kunnen ophouden. Grauwe Fitis en Noordse Boszanger waren de soorten die ik vooral in gedachte had.
De bosjes van Groote Keeten zijn niet altijd even overzichtelijk. Ze staan vooral bekend om de Roodmussen, die in 2011 rondom de grote parkeerplaats een territorium bezetten. Dit struweel bestaat uit dichte complexen van onder andere rozenbottel. Mijn ervaring hier is dat, ondanks het gebruik van tape, zangvogels slecht zichtbaar zijn en zich snel weer in de dichte vegetatie begeven. Om deze reden prefereer ik de omringende bosjes, meer bestaande uit wilgencomplexen en riet. Na even tapen bij één van deze complexen aan de westkant van de parkeerplaats, kwamen er meerdere Kleine Karekieten, een Rietzanger, Braamsluiper en twee handen vol Tjiftjaffen tevoorschijn. Langzaam doorvogelend richting bosjes aan de noordkant van het dorp, kwam ik aan bij een enigszins vergelijkbare plek: wat jong riet van circa 1,5 meter hoog met aangrenzend een paar wilgen en Amerikaanse vogelkers. Ik hoor nog geen vogels uit het bosje maar tegen beter weten in speel in toch een tape af (een mix van Witoogvireo, zang en roep van Bergfluiter, Grauwe Fitis en Sperwergrasmus en de roep van een Acrocephalus). Al snel komen meerdere Tjiftjaffen, Pimpelmezen en een Zwartkop aangevlogen. Nauwkeurig bekijk ik de Tjiftjaffen, in de hoop op een zeldzame boszanger. Terwijl ik door mijn kijker kijk zie ik onderin het beeld een wat warmer gekleurde vogel dan een Tjiftjaf onderin een wilg bewegen. Meteen hierna heb ik vrij zicht op de kop van de vogel. De combinatie van de witte keel, donkere kruin en vooral de contrastrijke wenkbrauw doen de alarmbellen direct afgaan. Snel maak ik foto’s van het desbetreffende bosje. De vogel reageert sterk op de tape en beweegt zich voort in de wilg, vogelkers en riet. Een blik op de foto’s bevestigt mijn vermoeden: dit moet wel een Veldrietzanger zijn! Voor de zekerheid maak ik wat boc-shots en stuur deze in een appgroep met vrienden. Gelukkig bevestigen Pim Rijk en Koen Stork binnen no-time de determinatie. Pfoe!
Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 2 september 2024 (Hugo Wieleman). Een van de eerste foto’s na de ontdekking.
Locatie van de Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 2 september 2024 (Hugo Wieleman)
Binnen een kleine twintig minuten waren de eerste twitchers ter plaatse, waaronder mijn moeder, die de vogel al kort had gezien. Gezien de dichte vegetatie kreeg ik de indruk dat de vogel vooral zichtbaar zou worden door middel van het afspelen van geluid. De theorie was om met behulp van tape om de ongeveer 45 à 60 minuten de vogel proberen te lokken, maar de afwegingen hierin waren complex. Hoe vaak zou je de vogel kunnen lokken zonder ‘m ‘kapot’ te tapen? En moesten we wel zo lang wachten met het afspelen van geluid, voordat de vogel via de ‘achterdeur’ wist te ontsnappen of het te warm werd voor zangvogelactiviteit?
De eerste tapesessie met twitchers vond iets voor 11:00 uur plaats. Hier werd weer de geluidenmix van onder andere Witoogvireo en Bergfluiters gebruikt, maar afwisselingen met de zang van Struikrietzanger en Waterrietzanger leken soms effect te hebben. Na enkele minuten verscheen de Veldrietzanger aan de achterkant van het slootje in de wilg, vlak boven ‘het gat’ en in de buurt van ‘de S-tak’. Deze aanknopingspunten bleken later op de dag ook nog vaak van pas te komen. Zo’n kleine twee minuten bleef de vogel zichtbaar, vooral foeragerend of even rustend iets dieper in het struweel. Ook de daaropvolgende tapesessies waren succesvol, tot – tegen mijn verwachtingen in – diep in de middag. De vogel werd in de loop van tijd zelfs zonder tape zichtbaar en kreeg gezelschap van een Kleine Karekiet. Ook werd de vogel meermaals gehoord en opgenomen, een voorzichtig smakkend geluid, sterk lijkend op Braamsluiper en Struikrietzanger.
Locatie van de Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 2 september 2024 (Hugo Wieleman)
Twitchers bij de Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 2 september 2024 (Carol Vrolijken)
Gedurende de dag kwamen vogelaars af en aan om de Veldrietzanger te bekijken. Ook de volgende dag was de vogel nog aanwezig en in ieder geval tot halverwege de ochtend nog mooi gezien. Vermoedelijk is de vogel door zo’n 200 mensen getwitcht. Bij het verschijnen van de vogel tijdens sommige tapesessies was de ontlading onder de toeschouwers groot. Logisch, als je al 30 jaar wacht op een twitchbare Veldrietzanger!
Hugo Wieleman
Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 2 september 2024 (Hugo Wieleman)
Veldrietzanger Acrocephalus agricola, Groote Keeten, 3 september 2024 (Wim van Zwieten)