Belgian Bird Alerts

"Only the Lonely" Wenkbrauwalbatros-twitch

4 maart 2009 ·  24497 × bekeken

Al bijna 20 jaar leg ik mij toe op het zien van zoveel mogelijk Holarctische soorten. In de Holarctic broeden drie soorten albatros, alle drie in de Pacific. Tijdens mijn oversteek van de Beringzee in de zomer van 2004 heb ik deze drie soorten gezien. Short-tailed Albatros Diomedea albatrus is hiervan verreweg de moeilijkste vanwege een kleine populatie (1200 in 2000, maar stijgend door beschermingsmaatregelen). Wenkbrauwalbatros Thalassarche melanophris wordt vrijwel jaarlijks als dwaalgast in de Palearctic waargenomen en dan vooral in het Atlantische gedeelte ervan. Veel waarnemingen komen van het Verenigd Koninkrijk en van rond de Azoren. Een bekende vogel was de Wenkbrauwalbatros van Hermaness, die tussen 1972 en 1995 nagenoeg elk jaar in een kolonie Jan-van-genten Morus bassanus vertoefde. Deze vogel wordt door sommige mensen beschouwd als dezelfde vogel die in de zestiger jaren op Bass Rock werd waargenomen

In het najaar van 2005 werd bij het jaarlijkse bezoek aan de Jan-van-genten-kolonie op Sula Sgeir, een van de Outer Hebrides in het noordwesten van Schotland, een (of de?) Wenkbrauwalbatros waargenomen en gefotografeerd. In 2007 bleek deze vogel wederom aanwezig. Hij of zij had een nest gebouwd in de zeevogelkolonie. Het Britse Rare Bird Alert (RBA), onder leiding van Dick Filby, vatte in het najaar van 2006 het plan op om in mei 2007 een schip af te huren dat gebruikt wordt voor ecotrips op zowel het noordelijk als het zuidelijke halfrond. Het betreft hier de 'Professor Multanovski', die in de haven van het Schotse Ullapool lag te wachten op de eerste 'cruise' van dat jaar en wel wat klantjes kon gebruiken om de tijd te doden. RBA organiseerde drie trips, die tussen 8 en 10 mei 2007 zouden plaatsvinden, voor de redelijke prijs van 240 GBP (320 euro). Ik besloot direct in te tekenen. Het feit dat ik de andere drie albatrossoorten in 2004 ook samen met Filby had gezien (en hij mijn leven had gered in Nome tijdens diezelfde trip) waren voor mij genoeg redenen om aan te nemen dat dit tripje onder een gunstig 'omen' gemaakt zou worden.

kaartje Schotland

Ik werd ingedeeld bij de eerste trip. De winter volgde en 6 mei 2007 kwam sneller dan verwacht. Op die dag vertrok ik vanuit mijn woonplaats Epen met de auto. Helaas alleen, want ik heb geen mensen enthousiast kunnen krijgen om mee te gaan. ''Ik zie hem wel in Zuid-Afrika, samen met veel andere nieuwe zeevogels", was een veelgehoord antwoord. Ik maakte een aantal vogelstops. Onder andere bij het Ringselven nabij Budel Dorplein, rond 12.00 uur.... Spaanse Keizerarend Aquila adalberti; het had zo mooi kunnen zijn! Vanuit IJmuiden maakte ik de overtocht naar Newcastle, om vervolgens in zes uur, maar langer door een aantal vruchteloze zoekpogingen naar Schotse Kruisbek Loxia scotica, door te rijden naar Ullapool, om daar op 7 mei in de avond in te schepen. Ullapool bleek zoals verwacht vol met Engelse twitchers en het wachten in de plaatselijke pub was erg gezellig. In de haven zwommen wat Zwarte Zeekoeten Cepphus grylle en er zaten enkele Fraters Carduelis flavirostris. Rond 21.00 uur kwamen de eerste rubberbootjes naar de haven, die ons in shifts meenamen en afzetten op het schip. Het in en uitstappen bij een zodiak vereist wat uitleg, en ik was blij te zien dat Filby dat op de voor mij bekende manier deed. Tijdens de drie weken in de Beringzee was dit immers niet anders. Toen ik aan de beurt was om in te schepen en Filby mij de helpende hand gaf waren zijn woorden ''hmmm, still alive'', refererend aan de reddingsactie in 2004.

Aan boord was het druk en gezellig. Wijn, bier en eten was er in overvloed en we maakten ons op voor een zeer korte nacht. Om 04.30 uur viel ik door een redelijke deining uit mijn bed en besloot naar dek te gaan, alwaar ik in het eerste licht op een rustige zee een soort piramidevormige rots met witte vlekjes zag liggen. Filby, altijd wakker, stond achter me en zei ''Morning parttimer (een term die hij altijd gebruikt wanneer mensen van dek zijn geweest), thats the place and the white dots on it is no birdshit" (maar Jan-van-Genten).
De meeste vogelaars waren inmiddels aan dek gekomen en al snel naderden we Sula Sgeir voor een eerste inspectie door met de boot er langs te varen. Daadwerkelijk aan land gaan is nagenoeg onmogelijk. Deze eerste inspectie leverde niks op en de gezichten van de vogelaars begonnen wat gestreste uitdrukkingen te krijgen. Zou hij dit jaar niet meer aanwezig zijn?

Martin Scott, een lokale vogelgrootheid, toverde uit zijn zak een tekening van de rots, met een beschrijving van de plek waar de vogel in 2006 een nest gebouwd had. Al snel lokaliseerden wij deze plek op de rots. De boot draaide en naderde opnieuw de rots. Iedereen concentreerde zich op de aangegeven plek. Een oudere vogelaar die al meteen zijn scoop gebruikte sprak opeens de verlossende woorden "I see a dark back....". Dit herhaalde hij steeds luider en gelardeerd met meer en meer krachttermen. Snel was iedereen 'on the bird', en ja hoor, als een soort Grote Mantelmeeuw Larus marinus zat 'Albert' op de aangegeven plek liggend op zijn nest. Naarmate de boot dichterbij kwam zagen we steeds meer details, en gelukkig was de zee zo kalm dat we onze telescopen met enige handigheid op de vogel konden krijgen. De twitch was geslaagd! De boot ging stil liggen op zo kort mogelijk afstand van het eiland, en gedurende drie uur konden we de vogel zien liggen, staan en zelfs baltsen tegenover de aanwezige Jan- van-genten. De sfeer was natuurlijk opperbest en ik heb nog nooit zo vroeg aan het bier gezeten...

Wenkbrauwalbatros

Wenkbrauwalbatros / Black-browed Albatross Thalassarche melanophris, Sula Sgeir, Schotland, mei 2007 (Kate Goldberg)

Later in de ochtend vingen wij de terugreis naar Ullapool aan via een aantal kleinere eilanden. Er werden nog twee Kleinste Jagers Stercorarius longicaudus in zomerkleed en minimaal vijf Middelste Jagers S pomarinus (compleet met lepels) gezien die op voorjaarstrek waren. Papegaaiduikers Fratercula artica waren ook aanwezig; voor mij nog altijd een speciale soort na al mijn pogingen om deze soort fatsoenlijk in Nederland te zien te krijgen (wat inmiddels gelukt is, te Westkapelle). Met de haven van Ullapool in zicht zagen we nog een mooie adulte Zeearend Haliaeetus albicilla overvliegen en langs de boot. In de namiddag meerden wij, inmiddels als een soort feestboot, weer aan in Ullapool, waar op de kade een volgende lading twitchers zat te wachten. Deze waren aan de ene kant opgelucht, maar aan de andere kant ook nerveus. De vogel was gelukkig nog levend en aanwezig, iets wat wij op voorhand niet zeker wisten, maar zat hij er de volgende dag nog?

Ik checkte in bij mijn B&B te Ullapool en na een voldane nacht reed ik de volgende dag al vogelend, mooie adult zomer Parelduiker Gavia arctica, terug naar Newcastle, om in de avond met drie uur vertraging de oversteek naar IJmuiden te maken. Om daar in de late ochtend van 10 mei aan te komen en via het Nieuw Heereven op de Hamert, Steltkluut Himantopus himantopus getwitched en Poelruiter Tringa stagnatilis gevonden, voldaan thuis te komen.

De twee volgende trips hadden eveneens succes; de tweede trip had de vogel zelfs vliegend achter de boot! In mei 2008 is er weer een trip georganiseerd. Helaas is de vogel toen niet aangetroffen. Wie weet is het in de toekomst ook eens mogelijk met een Atlantische Geelneusalbatros T chlororhynchos. Ik gun 'Lonely Albert' natuurlijk ook een partner, want als de veronderstelling juist is dat het steeds dezelfde vogel is, dan is de vogel 40+ jaar oud en al héél lang alleen.

Max Berlijn

Discussie

Gijsbert van der Bent

Gijsbert van der Bent
 ·  8 maart 2009  12:02

Hi Max Berlin, a very nice story indeed (Ha die Max, mooi verhaal zeg!).
Ben Wielstra

Ben Wielstra
 ·  28 mei 2014  18:01

En nu bij Helgoland?
Max Berlijn

Max Berlijn
 ·  29 mei 2014  11:24

Vogel zit er vandaag nog steeds begreep ik, "hangt rond".

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.