Dat december geen saaie maand zou worden, stond op dag één al vast met de ontdekking van een langverwachte nieuwe soort voor België! Het verhaal dat hierop volgt is misschien wel één van de meest opmerkelijke uit het collectief geheugen der Belgische vogelkijkers. Dat en nog veel meer lees je in dit overzicht van december 2021!
Overzicht
We beginnen meteen met zo mogelijk één van de meest moeilijk te determineren soorten die we bij ons kunnen verwachten, namelijk Taigarietgans (Anser fabalis). Het onderscheid met Toendrarietgans (Anser serrirostris) lijkt best makkelijk als je in de vogelgids kijkt, maar in het veld blijkt die vlieger niet zomaar op te gaan. Zo heb je Toendra’s met veel oranje in de snavel, Taiga’s met weinig oranje in de snavel, Toendra’s met witte bles en Taiga’s zonder witte bles, Toendra’s met lang lijkende hals maar toch net niet lang genoeg, Taiga’s met kortere snavels dan de meest langsnavelige Toendra’s, met of zonder ‘grijns’, semi-brede of breedsmallige ondersnavel, halfsteil voorhoofd met of zonder overgang in recht gebogen snavelprofiel... We moeten toegeven dat we een beetje in de war zijn. Het lijkt er hoe dan ook op dat Geert Spanoghe en Kenny Hessel op 1 december de betere kandidaten in beeld kregen in de polders tussen Meerdonk (OV) en Doel (OV). Vooral de vogel die Kenny vond viel op door de opmerkelijk lange snavel die enigszins herinnert aan een ‘zwanenprofiel’ inclusief de bijhorende lange hals. Bij dezen wensen we het BRBC een bevlogen reeks literatuurstudies toe bij het beoordelen van deze gevallen! Het hoeft natuurlijk niet altijd ‘rocket science’ te zijn, en een mooie adulte Dwerggans (Anser erythropus) stelt dan nooit teleur! Marc Raes kwam er eentje tegen tijdens het ganzen kijken in de IJzerbroeken te Woumen (WV) op 4 december. Voor Roodhalsganzen (Branta ruficollis) moest je in de Antwerpse Kempen zijn, met de adulte vogel van Sint-Lenaarts (AN) die de hele maand aanwezig was en een nieuwe eerste jaars die op 31 december ontdekt werd bij Nieuwmoer (AN). Op 16 december werd er tot slot nog een Witbuikrotgans (Branta bernicla hrota) gezien vanaf het westerstaketsel van Nieuwpoort (WV), meevliegend met enkele Rotganzen (Branta bernicla bernicla).
Taigarietgans Anser fabalis, Doel, 1 december 2021 (©Kenny Hessel)
Beeld je in. Het is nacht, een beetje fris en je zit lekker dicht bij een kampvuur aan de rand van een gletsjermeer in de Rocky Mountains. Er heerst een totale stilte en plots hoor je uit het niets deze oerklanken opdoemen uit de duisternis. Kippenvel! Met dit in het achterhoofd kijk je meteen volledig anders naar de IJsduikers (Gavia immer) die je in de winter ook bij ons kan zien. Afgelopen maand werden er drie waargenomen, namelijk vliegend langs Wenduine (WV) op 2 december en De Panne (WV) op 5 december, en een pleisterend exemplaar in de voorhaven van Zeebrugge (WV) op 9 en 18 december.
IJsduiker Gavia immer, Zeebrugge, 9 december 2021 (©Francis Pattyn)
Een bescheiden influx van Zwarte Ibissen (Plegadis falcinellus) in Noordwest-Europa manifesteerde zich voornamelijk in Groot-Brittannië, al mochten wij er gelukkig ook een beetje van mee snoepen. Op 19 december werden twee vogels ontdekt in de Viconia Kleiputten te Stuivekenskerke (WV). De dag nadien werden ze door een derde vogel vergezeld en dit groepje bleef de rest van de maand aanwezig in het gebied. Samen met de aanwezige Koereigers (Bubulcus ibis) werden we getrakteerd op mediterrane taferelen in ons winterse landje!
Zwarte Ibis Plegadis falcinellus, Stuivekenskerke, 22 december 2021 (©Jens Goos)
De Bastaardarend (Clanga clanga) die op 25 november door Paul Vervaet ontdekt werd in regio Moerbeke (OV) werd voor het laatst gezien in de ochtend van 3 december. Dit was de meest langdurig pleisterende Bastaardarend ooit vastgesteld in ons land, en het is niet ongemerkt gepasseerd. De vogel werd door een 280-tal vogelkijkers gezien! In de late namiddag van de allerlaatste dag van het jaar ontdekte Cedric Willekens nog een mooie aanvulling voor het maandoverzicht, namelijk een prachtige Grijze Wouw (Elanus caeruleus) op het militair domein van Houthalen-Helchteren (LI). De vogel hing ter plekke rond en gaf al jagend een mooie show weg. Dat kan tellen! De Ruigpootbuizerd (Buteo lagopus) ten slotte blijkt het naar zijn zin te hebben in Jandrain-Jandrenouille (BW) en bleef er de hele maand aanwezig.
Grijze Wouw Elanus caeruleus, Houthalen-Helchteren, 31 december 2021 (©Cedric Willekens)
Ruigpootbuizerd Buteo lagopus, Jandrain-Jandrenouille, 30 december 2021 (©Tibbout Van de Walle)
Het blijft toch merkwaardig om te zien hoe Rosse Franjepoten (Phalaropus fulicarius) aangepast zijn aan het leven op zee, en hoe ze weer en wind trotseren in de koudste periode van het jaar. De foto hieronder geeft een idee van wat deze taaie vogels soms dag in dag uit doorstaan, om dan in het voorjaar met hun fenomenale zomerkleed richting de broedgebieden in IJsland, Spitsbergen, Rusland, Canada of Groenland te trekken. Er werden er nog 3 gezien afgelopen maand, namelijk een pleisterende vogel in de IJzermonding te Nieuwpoort (WV) op 2 en 3 december die een storm van 7-8bft over zich heen kreeg, en twee migrerende vogels respectievelijk langs De Panne (WV) op 5 december en langs de IJzermonding op 22 december.
Rosse Franjepoot Phalaropus fulicarius, Nieuwpoort, 2 december 2021 (©Joachim Pintens)
En nu, beste lezer, zijn we aanbeland bij het ultieme hoogtepunt van december en bij uitbreiding misschien wel van het volledige jaar! Iedereen werd met stomheid geslagen toen ze in de avond van 1 december de legendarische foto’s van Marc Raes zagen verschijnen op de voorpagina van waarnemingen.be. Ze toonden een beeldvullende eerste winter Ross’ Meeuw (Rhodostethia rosea) die Marc diezelfde avond in de IJzermonding te Nieuwpoort (WV) gefotografeerd had. Een langverwachte nieuwe soort voor België, en wat voor één! Deze hoogarctische soort leidt een uitermate geheimzinnig bestaan door de onherbergzaamheid van de broed- en vooral de overwinteringsgebieden. Wanneer er dan eentje afzakt naar de bewoonde wereld, is dat een buitenkans om deze moeilijk te bereiken soort eens met eigen ogen te kunnen zien. En dat was precies de opzet van de vele vogelkijkers die de dag nadien hoopvol koers zetten richting de kust. Terwijl de meesten logischerwijs in Nieuwpoort gingen zoeken, zonder resultaat, meldde Filip De Ruwe plots een Ross’ Meeuw vanaf zijn werk in Zeebrugge. Hij had de vogel even op afstand door de kijker kunnen bekijken waarna hij hem kwijtgeraakte. Ondanks de totale onwaarschijnlijkheid hiervan, trok een deel van de zoekers als de wiedeweerga richting Zeebrugge, terwijl de rest elders aan de kust bleef zoeken. Beiden met dezelfde vruchteloze uitkomst. De dagen streken voorbij en de hoop op een vervolgwaarneming slonk, totdat de vogel van Nieuwpoort op 6 december teruggevonden werd ter hoogte van Leffrinckoucke in Frankrijk. Daar ging onze kans op een waarneming in ons eigen landje! De dag nadien liet het meeuwtje zich daar onvoorstelbaar mooi bekijken, vaak op enkele meters afstand van de verbouwereerde aanschouwers.
Wat later die avond gebeurde, tartte werkelijk alle verbeelding. Iets na 19h stuurde Filip De Ruwe een bericht de wereld in dat hij zijn eigen Ross’ Meeuw opnieuw in beeld had in Zeebrugge, ditmaal slapend tussen Kokmeeuwen (Chroicocephalus rhidibundus) verlicht door de havenlampen. Een vlugge check wees tot ieders verbazing uit dat het effectief een andere vogel betrof dan die van Nieuwpoort/Frankrijk. De eerste twee Ross’ Meeuwen voor België zaten dus op hetzelfde moment een 60-tal kilometers van elkaar verwijderd, hoe onwaarschijnlijk! De dagen nadien kwam het uiteindelijk allemaal goed en bleef de vogel van Zeebrugge keurig rondhangen in de haven tot grote vreugde van honderden vogelkijkers. Op 13 december bleek de Franse vogel onvindbaar, en het was Diederik D’Hert die hem toen in de namiddag terugvond in Koksijde (WV). Op 14 december vond de meeuw dan eindelijk terug zijn weg naar Nieuwpoort waar hij zich de rest van de maand werkelijk uitzinnig goed liet bekijken en fotograferen. Rond de jaarwisseling had bijna 1000 man de vogel ingegeven op waarnemingen.be, dat moet een absoluut record zijn!
Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, Zeebrugge, 9 december 2021 (©Hilbran Verstraete)
Ross' Meeuw Rhodostethia rosea, Nieuwpoort, 1 januari 2022 (©Filip De Ruwe)
Alsof een Ross’ Meeuw nog niet volstond, kwam er op 18 en 19 december nog een andere gast uit de poolgebieden op bezoek in Nieuwpoort (WV). Een Kleine Burgemeester (Larus glaucoides)! De vogel werd zowel in het reservaat als in de havengeul gezien en het was een unieke kans om deze twee zeldzame meeuwen op hetzelfde moment te kunnen bekijken. Een leuk weetje over deze soort, net zoals bij Grote Burgemeester (Larus hyperboreus), is dat ze hun juveniele kleed doorgaans pas ruien in het voorjaar. Deze jonge vogel was dus nog volledig juveniel en zal vermoedelijk vanaf mei een voornamelijk witachtig uiterlijk hebben door de gesleten veren.
Kleine Burgemeester Larus glaucoides, Nieuwpoort, 19 december 2021 (©Wim Debruyne)
Nu is het wel goed geweest met die meeuwen, zullen sommigen misschien denken. Niet dus! Want we hebben nog een opmerkelijk verhaal in petto. Het begon allemaal in december 2005, op de stortplaats van Szczecin-Klucz in Polen. Zbigniew Kajzer ontdekte er een adulte Ringsnavelmeeuw (Larus delawarensis) en de vogel werd enkele dagen later voorzien van een rode kleurring met witte inscripties ‘PAA3’. De hierop volgende jaren bleek de vogel ieder winterhalfjaar terug te keren naar Polen, om de rest van het jaar spoorloos te verdwijnen. In februari 2012 ontdekte Jeroen Nagtegaal de vogel plots op zijn ‘local patch’ in Maasgouw (Nederland) tijdens het aflezen van gekleurringde meeuwen. De vogel bleef rondhangen in de omgeving en liet zich een paar weken lang aan de Belgische zijde van de Maasvallei bekijken. Een uniek verhaal dat recent een nog straffer staartje kreeg. In de winter van 2020-2021 werd besloten om de steeds opnieuw naar Polen terugkerende vogel van een zender te voorzien. Zo hoopte men eindelijk te weten te komen waar ze de zomermaanden doorbracht. Doordat de zender echter niet goed bleef zitten, zond die al snel geen signaal meer uit. Op 4 december 2021 volgde een nieuwe poging en dit keer met succes. Want kort na de vrijlating begon de meeuw aan een indrukwekkende westwaartse verplaatsing die op 25 december plots eindigde in Zeeland! Het leek een kwestie van tijd te worden vooraleer de vogel opnieuw in België terecht zou komen, en waar iedereen op hoopte werd op 27 december werkelijkheid. De zender had die dag een signaal gegeven op grondgebied Rumst (AN) dicht bij het Wachtbekken van Eekhoven (AWW5)! Ook de dag nadien zond ze in precies dezelfde omgeving een signaal uit, en pas in de late ochtend van 28 december kon ze in het veld teruggevonden worden. Afgezien van een korte uitstap richting Brussel op 30 december, bleef de vogel de rest van de maand rondhangen in de buurt van het wachtbekken. Een leuke herkansing voor wie deze inmiddels minstens 19 jaar oude(!) vogel in 2012 gemist had!
Ringsnavelmeeuw Larus delawarensis, Rumst, 29 december 2021 (©Kris De Rouck)
De zoektocht naar de Ross’ Meeuw rond Nieuwpoort (WV) op 2 december was gelukkig niet voor iedereen tevergeefs. Naast twee dode exemplaren die op het strand van Middelkerke (WV) en Nieuwpoort gevonden werden, wellicht aangespoeld door de sterke noordwesterstorm, had een kleine groep vogelkijkers het geluk om ook een springlevende Papegaaiduiker (Fratercula arctica) te zien voorbijknallen langs de IJzermonding. Op 24 december kon een alerte vogelkijker, die bij de Ross’ Meeuw op het goeie moment de andere kant uitkeek, ook een langsvliegende Papegaaiduiker ontdekken. Hoewel ze iedere winter in lage aantallen te vinden zijn in de Noordzee, is het bij ons misschien wel één van de meest moeilijke soorten om te zien te krijgen. Vele jaren lang talloze uren over zee kijken zal zelden resulteren in meer dan een handjevol exemplaren. Dat er dit najaar plots meerdere waarnemingen zijn aan onze kustlijn met 4 dode en 1 levende vogel, is best uitzonderlijk. Maar het is niet per se goed nieuws. Langs de Britse en Nederlandse kust bijvoorbeeld spoelden er ook opmerkelijk veel Papegaaiduikers aan, en er is sprake van de hoogste sterftecijfers ooit vastgesteld bij deze soort. Er kon nog geen definitieve oorzaak aangewezen worden.
Papegaaiduiker Fratercula arctica, Nieuwpoort, 2 december 2021 (©Joachim Pintens)
Een overwinterende Grote Pieper (Anthus richardi) werd afgelopen maand enkele keren waargenomen te Veurne (WV), een zeldzaamheid uit het verre oosten die de laatste decennia toch een stuk couranter geworden is in West-Europa. Maar een écht indrukwekkende toename is toch die van Siberische Tjiftjaf (Phylloscopus collybita tristis). Hoewel ze vroeger ongetwijfeld over het hoofd gezien werden door onzekerheid over de determinatie, valt de laatste jaren toch echt op dat ze bij ons soms zelfs relatief algemeen zijn – voornamelijk in het late najaar aan de kust. We hebben een zachte decembermaand achter de rug en dat zijn voor kleine Siberische zangvogeltjes natuurlijk ideale omstandigheden om aan voedsel te geraken en dus te overleven in onze streken. Het leverde deze maand maar liefst 16 verschillende exemplaren op verspreid over het land! Wie alert is op de typische weemoedige ‘piepkuikenroep’ maakt een reële kans om er deze winter zelf eentje te ontdekken, aangezien er hier op dit moment zo veel lijken te overwinteren. Verder zijn er dan weer weinig Pestvogels (Bombycilla garrulus) te bespeuren deze winter, al leek daar op het einde van het jaar enigszins verandering in te komen. Op 3 december werden er 3 gezien in Lint (AN) maar op 22 december dook er plots een groep van maar liefst 12 op in Wondelgem (OV). De Bonte Kraai (Corvus cornix) heeft Het Zwin (WV) definitief uitgekozen als overwinteringsgebied en kon er de hele maand lang gezien worden.
Bonte Kraai Corvus cornix, Knokke, 17 december 2021 (©Luk Neujens)
Gezocht in januari
New year, new birds! Er zijn nog een paar leukerds uit 2021 blijven plakken, de ideale opwarmer voor een 2022 vol straffe zeldzaamheden. En laat dat nu net zijn wat we jullie vanwege het hele Belgian Bird Alerts-team toewensen voor dit jaar! Maar waar moet je deze maand nu precies naar op zoek gaan? We proberen een paar soorten mee te geven. En we beginnen bij dé eend der eenden, of toch op Europees niveau. Of toch volgens ondergetekende. De Koningseider (Somateria spectabilis) is een enorm tot de verbeelding sprekende soort voor iedere vogelkijker die na 2011 (het laatste geval) is blijven dromen van een herhaling, tot nog toe tevergeefs. Maar er is hoop! Op de eerste dag van het jaar werd een adult mannetje(!) gezien vanaf Grand-Fort-Philippe (Frankrijk), vliegend richting Duinkerke. Dat is een 25-tal kilometer van de Belgische grens! Dat deze vogel Belgische wateren doorkruist heeft, staat als een paal boven water. Het is dan ook zaak om extra op te letten en misschien eens een dag doelgericht de groepen (zee-)eenden te scannen die foerageren bij de mosselbanken voor de Westkust. Veel succes!
We hebben inmiddels wel praktisch alle meeuwen gehad, maar er is er nog één die bij velen helemaal bovenaan het verlanglijstje prijkt. Eentje die geassocieerd wordt met pakijs, ijsberen en intense koude. En af en toe dwaalt er eentje af richting het zuiden, die dan op massaal veel aandacht kan rekenen. We hebben het natuurlijk over Ivoormeeuw (Pagophila eburnea)! Het is weer zo’n soort, net zoals bij Ross’ Meeuw, die al meermaals in Nederland werd vastgesteld maar België tot nog toe links heeft laten liggen. Ze hebben er al 3 gevallen! Maar ooit komt het goed, zoals bij Ross’ Meeuw gebleken is. En we kijken er reikhalzend naar uit! Tot slot geven we nog een enigszins realistische soort mee, waar je echt wel goed gericht naar op zoek kan gaan. Geïnspireerd door het geval van vorige winter te Outgaarden (VB), geregistreerd door een wildcamera, lijkt deze zachte winter ideaal om naar Witkopgors (Emberiza leucocephalos) te zoeken! Je maakt het meeste kans door groepen Geelgorzen (Emberiza citrinella) en Grauwe Gorzen (Emberiza calandra) te checken in de hoger gelegen landbouwgebieden van het land, waar tegenwoordig lokaal nog leuke aantallen te vinden zijn. Probeer daarbij zeker op te letten op de vrouwtjes, met name exemplaren zonder ook maar één spoor van geel, met rosse flankstreping en grijsbruine bovendelen. Het kan zomaar prijs zijn!
Koningseider Somateria spectabilis, Texel (NL), 31 maart 2018 (©Mattias Hofstede)
Joachim Pintens